Bij de resultaatbestemming doen wij u een voorstel om het resultaat van de jaarstukken te bestemmen. Bij de resultaatbestemming onderscheiden we het bestemmen van budgetten voor activiteiten waarvan de werkzaamheden nog niet zijn afgerond (budgetoverheveling) en het bestemmen van het overschot of de dekking van het tekort.
Aan u wordt een voorstel gedaan om voor de onderstaande activiteiten waarvan de werkzaamheden in 2021 niet zijn afgerond de aangegeven budgetten voor verdere uitvoering in 2022 beschikbaar te stellen. Voor deze posten zijn de volgende criteria strikt toegepast:
- De activiteit is niet uitgevoerd in 2021 door niet beïnvloedbare factoren.
- De activiteit kan niet ten laste van het budget voor 2022 worden uitgevoerd.
Wij stellen de volgende bestemmingen aan u voor:
ICT & I+A programmagids & Informatiebeleidsplan (€ 237.000)
De ICT-gerelateerde exploitaties resulteren in 2021 in een eenmalig voordeel van € 393.000. De verschillen zijn als volgt over de ICT budgetten verdeeld. Op ICT is er een voordeel van €154.000 incidenteel, op I&A programmagids een voordeel van € 244.000 en het Informatiebeleidsplan een klein nadeel van € 5.000. De ambities voor 2021 zijn wederom te groot gebleken. Naast alle doorgeschoven en geplande projecten die opgepakt zouden worden, hebben we in 2021 ook te maken gehad met onderbezetting. Voor onze going concern werkzaamheden hebben we dit wel tijdelijk kunnen oplossen. Wat betreft de projecten is de ICT formatie te krap en is het in 2021 niet mogelijk geweest om projecten goed op te pakken en door te pakken. Van de middelen die daarvoor begroot waren en nu in werkelijkheid niet besteed zijn stellen wij u voor € 237.000 te bestemmen voor uitvoering (opschoningsactie/inhaalactie) in het jaar 2022.
Regionale inkoop Wmo en Jeugd (€ 19.000)
Bij Regionale inkoop Wmo en Jeugd is sprake van een incidenteel voordeel van € 19.000. In de raadsinformatiebrief van oktober 2021 (RIB-68) bent u geïnformeerd over de regionale inkoopstrategie die in 2021 is opgesteld. In de bestuursrapportage najaar 2021 zijn de geschatte kosten opgenomen voor het jaar 2021, 2022 en 2023.
Het incidentele voordeel in 2021 is ontstaan door vertraging en verschuiving in de planning.
Daarom stellen wij u voor om € 19.000 te bestemmen voor uitvoering in 2022.
Beschermd Wonen (€ 105.000)
Bij Beschermd Wonen is sprake van een incidenteel voordeel van € 105.000. Bij de Jaarstukken 2020 is reeds verantwoord dat de gemeente Nijmegen (als centrumgemeente), in aanloop naar de nieuwe financiële herverdeling van het landelijk budget in 2023, in 2020 haar opgebouwde reserve beschermd wonen heeft verdeeld over de gemeenten in Gelderland-Zuid en gelden, die van het rijk zijn ontvangen voor sluitende aanpak aan de deelnemende gemeenten heeft overgemaakt. Deze middelen zijn bedoeld om de komende jaren te besteden aan beschermd wonen, sluitende aanpak (wijkGGZ) dak- en thuislozenprojecten, het versterken van lokale zorg- en welzijnsprojecten, schuldhulpverlening en ons lokale project 'tussenvoorziening'. Daarnaast zal er regionaal (met een bijdrage van alle gemeenten) geïnvesteerd moeten worden in voorzieningen en extra capaciteit (projectleider(s).
In 2022 zal duidelijk worden wat de nieuwe financiële herverdeling van het landelijk budget met ingang van 2023 zal zijn. Op dat moment zullen wij een meerjarenplan voor Beschermd Wonen opstellen en uw raad voorstellen om de benodigde middelen structureel in de begroting te laten opnemen. Wij houden er rekening mee dat de middelen, die wij in 2020 vanuit de gemeente Nijmegen hebben ontvangen, nodig zijn om de kosten met ingang van 2023 te dekken. Om de middelen tot die tijd beschikbaar te houden voor het doel waarvoor ze zijn ontvangen.
Wij stellen u voor om deze middelen te bestemmen voor uitvoering in 2022 en verdere jaren.
Bijzondere bijstand (€ 10.000)
Bij Bijzondere bijstand is sprake van een incidenteel voordeel van € 244.000. Er is in 2021 in totaal € 173.632 extra rijksbijdrage (niet geoormerkt) ontvangen in verband met de coronacrisis. Het rijk verwachtte extra aanspraak op bijzondere bijstand (coronacompensatie € 6.684) en de tijdelijke regeling TONK (€ 166.948). De landelijke verdeling lijkt gebaseerd op inwoneraantallen en niet op daadwerkelijke economische omstandigheden in de regio. In de praktijk bleek het aantal aanvragen naar aanleiding van de coronamaatregelen in Neder-Betuwe zeer beperkt. Er zijn enkele schrijnende casussen gesignaleerd, maar het door het rijk toegekende bedrag is gelukkig grotendeels niet nodig geweest.
Wij verwachten dat baanverlies en/of faillissementen zal leiden tot nadelige effecten op de arbeidsmarkt en zich met vertraging zullen voordoen. Daarmee verwachten wij een eventuele toename in aanvragen van de Bijzondere bijstand pas in 2022 en verder. Om deze toename in 2022 te kunnen opvangen, stellen wij u voor om € 10.000 te bestemmen voor uitvoering in 2022.
Arbeidsparticipatie ( € 62.000)
Bij Inburgering is sprake van een incidenteel voordeel van € 110.000. Echter, door inhalen van achterstanden bij huisvesting statushouders en vertraging door de coronamaatregelen van diverse projecten te behoeve van de “ondertussengroep” zijn middelen, die in 2021 met dit doel ontvangen zijn, niet benut. Deze taak is per 1 januari 2022 overgeheveld naar Regio Rivierenland door middel van het aangaan van een DVO. Regio Rivierenland voert deze werkzaamheden in 2022 voor ons uit. Daarvoor is € 59.000 nodig.
Tevens zal Vluchtelingenwerk in de eerste drie maanden van 2022 taken afronden en overdragen op basis van de contractafspraken 2021. Daarvoor is € 3.000 nodig. Wij stellen u voor om € 62.000 te bestemmen voor uitvoering in 2022.
Coronasteun buurt- en dorpshuizen (€ 9.474)
Bij de septembercirculaire 2021 hebben wij corona compensatie ontvangen voor lokale cultuur corona steun en buurt- en dorpshuizen corona steun. Voor de instandhouding van onze culturele infrastructuur wordt op dit moment een nadere regel opgesteld, waarvoor de uitgaven in 2022 zullen plaatsvinden. In de bestuursrapportage najaar 2021 hebben wij hiervoor reeds middelen laten bestemmen, die wij hebben ontvangen in de decembercirculaire 2020. Vanuit de extra middelen die wij in de septembercirculaire 2021 hebben ontvangen, willen wij aanvullend een bedrag laten bestemmen, zodat wij ook onze dorpshuizen de financiële steun kunnen geven die zij nodig hebben. Daarom stellen wij u voor om een bedrag van € 9.474 te bestemmen voor uitvoering in 2022.
Energietransitie (€ 183.066)
Het betreft hier rijksmiddelen die worden ingezet om het energieverbruik te verminderen en de energietransitie te versnellen. De middelen zijn bij de decembercirculaire 2019 door het rijk beschikbaar gesteld (2019-2021). De stimuleringsprogramma’s hebben een wat langere aanloop gehad dan verwacht en het proces is nog niet afgerond. Voor de warmtevisie wordt in 2022 een uitvoeringsprogramma opgesteld. Daarna volgt de uitvoering in stappen, dit vergt de nodige begeleiding. Voor de stimuleringsregelingen zijn de termijnen verlengd. Ook hiervoor zijn in 2022 de middelen nodig voor advisering, begeleiding van processen en wordt de informatievoorziening, advisering, begeleiding en communicatie voortgezet.
We stellen u voor om dit restantbudget te bestemmen voor uitvoering in 2022.
Voorbereiding aanleg randweg Ochten (€ 100.000 voor 2022 en € 86.932 voor 2023)
Op basis van een gebiedsvisie Ochten Oost wordt een businesscase naar een alternatieve ontsluiting opgesteld. De uitvoering ervan is niet in één jaar, maar loopt over meerdere jaren tot en met 2023. Het beschikbare onderzoeksbudget had ook over meerdere jaren verdeeld moeten worden. Daarom stellen we u om het restantbedrag te bestemmen een deel van € 100.000 voor uitvoering in 2022 en een deel van € 86.932 voor 2023.
Baggerplicht watergangen (€ 74.000)
Bij de jaarrekening 2020 zijn middelen toegekend voor het uitvoeren van het verplicht onderhoud van de watergangen. Het Waterschap voert het baggerwerk uit van de A-watergangen. De gemeente moet het baggerwerk gaan uitvoeren voor de B-watergangen. We hebben hiervoor een beheerplan laten maken. Voor de uitvoering van dit beheerplan zijn nog forse middelen nodig. We komen hiervoor met een plan naar de raad. We stellen u voor om de middelen die nog niet zijn besteed (€ 74.000) hiervoor te bestemmen in 2022.
AVRI IBOR (€ 40.000)
Bij het beheer openbare ruimten door AVRI IBOR is binnen het totale budget een onderschrijding ontstaan. De onderschrijding op het budget heeft meerdere oorzaken. incidenteel voordeel van € 58.000, waarvan € 40.000 voor afronding IBOR waardoor er een incidenteel voordeel overblijft van € 18.000. Wij stellen u voor € 40.000 te bestemmen voor aan afronding Integraal Beheerplan Openbare Ruimte (IBOR) ten laste van het jaarrekeningresultaat 2021. Hierdoor blijft er een incidenteel voordeel van € 18.000 in 2021 over.
Storting overschot jaarstukken 2021 in de algemene reserve (€ 6.056.597)
Voorgesteld wordt het resultaat na bovenstaande bestemmingen toe te voegen aan de algemene reserve. Dit betekent per saldo een bijschrijving van € 6.056.597 aan de algemene reserve.